Kennismaking

DSC01636
Maandagavond ging ik samen met de voorleescoördinator kennismaken met mijn voorleesgezin. We werden van harte welkom geheten en nadat we onze schoenen hadden uitgedaan, namen we een plekje op de bank. Omstebeurt stelden we onszelf voor. De twee meisjes keken al opgewekt en belangstellend toen wij binnenkwamen. Toen de voorleescoördinator het meeste had uitgelegd ging ik kennismaken en voorlezen met de twee meisjes van Indische afkomst. Wat een lieverds zijn het. Zo aardig en beleefd en het fijne is dat ze voorlezen en boekjes leuk vinden!

Ik had ongeveer zeven boeken meegenomen en we hebben ze bijna allemaal een stuk of drie keer gelezen. Vooral het boek ‘Egeltje en de vallende sterren’ was favoriet vanwege de mooie, glinsterende sterren op elke bladzijde. ‘Saar gaat naar school’,  ‘Ik wil niet naar bed’ en ‘Kom je met me spelen’ vond de jongste van drie ook erg interessant. Ik merkte op dat boekjes met veel kleur, plaatjes en lieve beestjes het goed deden. Het oudste meisje van zes kan al aardig goed spreken en tellen. Maar zij vond de kleurrijke boekjes die voor kinderen tot vier jaar zijn ook erg leuk en die blijven goed om te oefenen en om de taal steeds beter te leren. De jongste vond de boeken vanaf zes jaar ook interessant. Al was zij voornamelijk bezig met bladzijdes omslaan.

Omdat dit een kennismaking was heb ik samen met de meiden voorgelezen. De volgende keer ga ik elk kind apart voorlezen, omdat bij het meisje van drie een andere manier van voorlezen past dan bij het meisje van zeven. Bovendien heeft ieder kind een andere concentratieboog en het is ook fijner om elk kind evenveel aandacht te geven.

Tijdens het voorlezen nam de voorleescoördinator enkele vragen met de moeder door. Bijvoorbeeld of zij zelf weleens voorleest, wat haar woordenschat is, hoe het met de taalvaardigheid van de kinderen is gesteld. Het is namelijk de bedoeling dat de ouders het voorleesritueel gaan overnemen. Als ik er twintig keer ben geweest, moet het niet afgelopen zijn, maar doorgaan. Belangrijk is dat ik elke week ga proberen de moeder bij het voorlezen te betrekken. Zij kan bijvoorbeeld haar jongste dochter gaan voorlezen en ik haar oudste. Of ze kan meekijken hoe ik het doe. Als het voorlezen niet lukt in de Nederlandse taal, mag zij ook in haar eigen taal voorlezen. Het gaat er namelijk om dat de kinderen goed worden in taal. En dat komt door veel te praten, samen te lezen, schrijven en te luisteren.

Ik ben benieuwd hoe de komende twintig weken eruit gaan zien. Ik vind de moeder en de meisjes in ieder geval super aardig en lief. De moeder zei dat de kinderen al een week uitkeken naar mijn komst! Met de motivatie van de kinderen zit het dus wel goed. Als op den duur het voorleesritueel volledig binnen het gezin geïntegreerd is, is de missie geslaagd. We zullen het zien!

Plaats een reactie